Prostaatkanker op tijd ontdekken, over PSA meten en screening
Nadat Louis van Gaal bekend maakte dat hij werd behandeld voor een agressieve prostaatkanker verschenen er veel artikelen in de media over prostaatkanker, PSA-testen en PSA screening. Onze medische directeur dr. Paul Kil reageert op de artikelen en geeft een update over de laatste inzichten betreffende PSA en het vroeg opsporen van prostaatkanker.
Gelukkig bleek bij Louis van Gaal een genezende behandeling haalbaar, die zeer noodzakelijk bleek. Want prostaatkanker is zeker een ziekte waaraan mannen kunnen overlijden. De getallen laten zien hoe het in werkelijkheid zit: per jaar krijgen in Nederland meer dan 13.000 mannen de diagnose prostaatkanker en overlijden er meer dan 3.000 mannen aan deze ziekte.
Voor mannen met een agressieve prostaatkanker is genezing alleen mogelijk als de prostaatkanker op tijd wordt ontdekt, dat wil zeggen voordat de kanker is uitgezaaid. Omdat duidelijk is dat deze mannen er maar beter op tijd bij kunnen zijn, is er steeds meer aandacht voor het vroeg opsporen van prostaatkanker. De taak van de uroloog is om met name de agressieve kankers te identificeren en te behandelen.
Nu Europees wetenschappelijk advies
Op 2 maart 2022 hebben de belangrijkste wetenschappelijke adviseurs van de Europese Commissie een wetenschappelijk advies uitgebracht waarin ze voorstander zijn van de ontwikkeling van EU-brede richtlijnen waarin aangegeven wordt hoe het beste een programma voor prostaatkankerscreening opgezet kan worden. Met name door aandacht te geven aan risicogroepen, die een PSA test kunnen ondergaan en vervolgens zo nodig een aanvullende MRI-scan als een vervolg test aangeboden krijgen.
De adviseurs volgen daarmee het bewijsrapport van een netwerk van wetenschappelijke experts die de Europese Commissie adviseren over de actualisering van haar aanbevelingen over kankerscreening. Deze experts concludeerden dat er een “sterke wetenschappelijke basis is voor de introductie van levensreddende screeningprogramma’s in de EU-lidstaten voor zowel longkanker als prostaatkanker.”
Aandacht voor risicogroepen, leeftijd, MRI en active surveillance
De experts concludeerden dat er goed wetenschappelijk bewijs is voor het voordeel van risico-gestratificeerde, georganiseerde, op PSA gebaseerde screening op prostaatkanker, met name in combinatie met aanvullende tests zoals MRI als vervolgtest. Het gebruik van actieve surveillance werd gezien als een nuttige strategie om overbehandeling tegen te gaan.
De deskundigen benadrukten dat verder onderzoek en voortdurende monitoring nodig zijn om de groepen te identificeren die het meest baat zullen hebben bij screening – met name op de ideale leeftijdsgroep, familieamnese en etnische achtergrond om ervoor te zorgen dat een passend evenwicht tussen voor- en nadelen gehandhaafd blijft.
Opvallend is dat in de rapportage ook aandacht was voor de nadelen van het huidige ad-hoc, opportunistische PSA-testen voor mannen. Juist dit beleid wordt in het rapport genoemd als iets dat moet worden ontmoedigd om het risico op overdiagnose en overbehandeling te verminderen, vooral bij oudere mannen.
Tegengaan van ’te late diagnose’
Naar aanleiding van de publicatie van het rapport stelt de voorzitter van het EAU Policy Office, prof.dr. Hendrik Van Poppel:
“We verwelkomen de conclusies van de wetenschappelijke experts, en we zijn van mening dat als de Europese Commissie en de EU-lidstaten gevolg geven aan dit wetenschappelijke advies, dit het tij zal helpen keren bij het verhogen van de mortaliteit en de ’te late’ diagnose van prostaatkanker in de hele EU .”
Het rapport is afkomstig van SAPEA, dat deel uitmaakt van het Scientific Advice Mechanism van de Europese Commissie. Samen met de Group of Chief Scientific Advisors verstrekken zij onafhankelijk wetenschappelijk advies aan Europese commissarissen ter ondersteuning van hun besluitvorming.
Prostaatkanker precisiediagnostiek bij Andros Clinics
Andros Clinics biedt al sinds 2015 precisiediagnostiek om prostaatkanker die een bedreiging vormt voor de gezondheid op tijd op te sporen en onnodige belastende onderzoeken te vermijden.